Nieuws
Ramaj deelt sneer uit aan Steijn: dit heeft de Ajax-doelman te vertellen
In een interview met Voetbal International heeft Diant Ramaj zich uitgesproken over zijn begin tijd bij Ajax. De doelman sprak zich onder meer uit over de ontslagen Maurice Steijn en Sven Mislintat. VoetbalNieuws zet zijn uitspraken op een rijtje!
Afgelopen zomer was Ramaj een van de vele aankopen van Mislintat. Ajax ruim vijf miljoen neer voor de reservedoelman van Eintracht Frankfurt. "Sven Mislintat zag iets in mij wat anderen niet zagen, want van nummer twee bij Frankfurt naar Ajax is een heel grote stap. Maar hij zag de potentie in mij", aldus Ramaj tegenover VI. De kritiek die Mislintat kreeg op de hoge transfersom kreeg Ramaj ook mee. "Iedereen weet wat er aan het begin gebeurd is, ik bleek ineens niet de tweede keeper te zijn, toen Gerónimo Rulli uitviel."
Ramaj bleef knokken en is nu zelfs de onbetwiste nummer één van de Amsterdammers. "Het was een moeilijke periode voor mij en natuurlijk ook voor de club. Maar ik ben hard blijven werken, zoals altijd. En toen de kans kwam, heb ik hem gegrepen", aldus Ramaj. "Ik denk op de juiste manier. Nu ben ik blij dat ik me niet heb laten kennen."
"Ik denk dat hij iedere dag op de training heeft gezien wat ik nu laat zien. En toch zei hij dat ik er niet klaar voor was", blikt Ramaj terug op zijn tijd onder Maurice Steijn. De doelman speelde slechts één wedstrijd onder de ontslagen hoofdtrainer. En dat was als invaller tegen FC Utrecht (4-3), de laatste wedstrijd van Ajax onder Steijn. "Ik denk dat ik deze behandeling niet verdiende van hem. Maar ja, je ziet het: hij is weg en ik ben er nog, dus alles is goed. Het was een moeilijke periode, maar soms is het leven zo. Het maakt je sterker, denk ik."
Over de transfersom die Ajax betaalde voor hem, zat hij zelf niet zo mee. "Voor mij telde alleen: ik ben er. De rest motiveerde mij alleen maar om te laten zien dat ze het mis hadden", aldus Ramaj. "Ik ben heel blij dat me dat gelukt is. Nu zegt iedereen dat het een goede investering is geweest. Dat zat in mijn hoofd: dat ik iedereen wilde laten zien dat het geen vergissing was van Sven. Dat is nu trouwens nog niet klaar, ik moet me telkens weer laten zien
