Exclusive
Oranje leeft toe naar Nations League, maar hoe verliepen eerdere edities?
Woensdagavond neemt het Nederlands elftal het in de Final Four van de Nations League op tegen Kroatië. Voor Oranje is het niet de eerste keer dat ze tot zo ver doorstoten in het toernooi, maar hoe verliepen eerdere edities van het kampioenschap?
De Nations League werd in 2018 voor het eerste gehouden en vindt om de twee jaar plaats. Enkel landen die onderdeel zijn van de UEFA mogen meedoen. Het toernooi is in het leven geroepen om de hoeveelheid vriendschappelijke wedstrijden tussen landen naar beneden te brengen en daarvoor in de plaats een competitief toernooi plaats te laten vinden.
2018/19 Portugal – Nederland 1-0
De eerste editie van de Nations League was een prooi voor Portugal. In de A-divisie eindigden Nederland, Zwitserland, Portugal en Engeland bovenaan in de poule waardoor zij allen doorstroomden naar de finalerondes in Portugal. Zwitserland nam het op tegen Portugal en in die wedstrijd stond er één man centraal, Cristiano Ronaldo. Ondanks dat de wedstrijd gelijk op ging was het de Portugese sterspeler die driemaal tot scoren kwam en zijn ploeg naar de finale schoot. Nederland nam het op tegen Engeland en wist verrassend genoeg te winnen van de Britten. Ondanks een vroege voorsprong vanaf elf meter door Marcus Rashford was het Matthijs de Ligt die de stand in de tweede helft gelijk trok. In de verlenging was het een eigen doelpunt van Kyle Walker die Nederland op gelijke hoogte zette. Vlak voor tijd besliste Quincy Promes de wedstrijd in het voordeel van Oranje.
Nederland leek zich op te mogen maken voor de eerste prijs van deze eeuw, maar een stug Portugal bracht roet in het eten. Oranje had het zwaar en keek na een uur spelen tegen een achterstand aan. Het doelpunt van Gonçalo Guedes kwam het Nederlands elftal van Ronald Koeman niet meer te boven waardoor Portugal er met de beker vandoor ging. "Het is jammer dat we met lege handen staan", treurde Van Dijk na afloop van de wedstrijd bij de NOS. "Maar we mogen trots op onszelf zijn dat we hier staan."
2020/21 Spanje – Frankrijk 1-2
Het afgelopen toernooi werd gewonnen door Frankrijk. In de A-divisie eindigden Italië, België, Frankrijk en Spanje bovenaan waardoor zij het tegen elkaar op mochten gaan nemen in Italië voor de Final Four. Nederland kreeg het niet voor elkaar om boven Italië te eindigen. Op slechts één punt achterstand werd Oranje tweede in een poule met ook nog Polen en Bosnië en Herzegovina. In de Johan Cruijff ArenA ging de ploeg van Frank de Boer met 0-1 onderuit en een 1-1 in Bergamo zorgde er mede voor dat Italië er met de groepswinst vandoor ging.
In de finaleronde was Spanje al snel te sterk voor de Italianen. Voor rust kwam Ferran Torres tweemaal tot scoren en een doelpunt van Lorenzo Pellegrini vlak voor tijd was niet genoeg om Italië in eigen land door te laten stoten tot de finale. In de andere halve finale leek België naar de finale te gaan, maar was het Frankrijk dat na een spectaculaire comeback aan het langste eind trok. Voor rust kwamen onze zuiderburen met 2-0 voor, maar in het laatste half uur van de wedstrijd kwam Frankrijk driemaal tot scoren.
In de finale wist Frankrijk Spanje over de knie te leggen. Het werd een spannende wedstrijd waar Kylian Mbappé en Karim Benzema in uitblonken. Beide kwam eenmaal tot scoren wat genoeg was voor de eindoverwinning. Spanje kwam nog aan de leiding, maar uiteindelijk was het toch Hugo Lloris die de beker na negentig minuten de lucht in mocht gooien.
