Nieuws
Openhartige Tadic blikt terug op overval: 'Achteraf denk je: Wat was dit?'
In een openhartig interview met De Telgraaf gaat Dusan Tadic in op de gebeurtenissen van enkele maanden geleden waarbij overvallers de Ajax-speler opwachtte bij zijn huis. Hoewel er uiteindelijk niets werd gestolen zat de schrik er flink in bij de aanvoerder en zijn gezin.
In de nacht van 27 op 28 juli werd Tadic na een avond uit eten opgewacht voor zijn huis. De overvallers hadden een tracker onder zijn auto geplaatst en konden de Serviër zodoende volgen. "Bij thuiskomst probeerden twee mannen me aan te vallen, waarna ik in een volle sprint van vierhonderd meter ben weggerend. Hoewel ik een maatpak, waar ik uit scheurde, en nette schoenen aan had, was ik sneller. Maar toen zij de scooter pakten, haalden ze me toch in. Daarna hadden we een gevechtje", begon Tadic. "Ik heb een paar punches uitgedeeld. Door naar links en rechts te bewegen, dreef ik ze een beetje uit elkaar, waarna ik hun leider eerst klappen heb gegeven. De ander pakte me van achter bij mijn keel, maar kon ik een elleboogstoot geven. Daarna ben ik er weer sprintend vandoor gegaan en was ik ze kwijt."
Achteraf besefte Tadic pas dat de situatie heel anders af had kunnen lopen als de overvallers gewapend waren geweest. Volgens de vleugelaanvaller zat de adrenaline zo hoog dat hij het gevecht aan ging. "Al hadden ze drie vuurwapens gehad, ik zou mijn trots nooit opgeven. Ik ben in Servië geboren en als kind heb ik veel gevochten. Ik voelde me goed en sterk. Maar daarna denk je: oef, wat was dit?"
Eerder op de avond waren er al pizzabezorgers aan zijn huis geweest terwijl de familie Tadic geen eten had besteld. De vrouw van Tadic had de bezorgers weggestuurd. Mogelijk ging de overval om zijn horloge. "Mijn kinderen Petar (9), Tara (6) en Lara (1) weten er niets van. Natuurlijk heb ik dat bij ze weggehouden. Maar mijn vrouw Dragana was bang, ook de dagen daarna. Nu gaat het weer goed met haar." Na de overval heeft Tadic privé-beveiliging en andere voorzorgsmaatregelen gekregen, waarover hij van de politie niets mag zeggen.
